Sleenerzand
De kern van het Sleenerzand bestaat uit stille bossen die het domein zijn van tientallen vogelsoorten. Het zuidelijke deel is een oud stuifzandgebied, met hier en daar grillig gevormde jeneverbessen. Op sommige plaatsen doemt opeens een heideveldje of een onverwacht vennetje tussen het zand op.
Nog niet zo heel lang geleden bestond Drenthe uit ‘woeste grond’: heide, vennen, venen en zandverstuivingen. Eind 19e eeuw werd het gebied langzaam ontgonnen. Ook werden er veel bossen aangeplant. Dit gebeurde vooral rond de jaren dertig, in de vele werkverschaffingsprojecten tijdens de economische crisis.
Er zijn toen voornamelijk naaldbomen geplant voor houtproductie. Dit is tegenwoordig niet meer het enige doel. Natuur en recreatie zijn inmiddels zeer belangrijk geworden. Het beheer is hier dan ook op gericht. Zo wordt er bijvoorbeeld gestreefd naar een gevarieerder bos waarin de natuur meer haar gang kan gaan.
Sporen uit het verleden
In Sleenerzand zijn veel sporen uit het verleden te vinden. In het noordelijke deel de boswachterij zijn nog gletsjerkuilen te zien. In het zuidelijke deel liggen grafheuvels, hunebed 'De Papeloze Kerk' en 'Celtic Fields'. Dit zijn restanten van akkercomplexen uit de IJzertijd. Zeer bijzonder is de Galgenberg. In deze grafheuvel werd bijna 3500 jaar geleden de hoofdman van het Sleenerzand begraven. Hij kreeg zijn gouden oorsieraden, bronzen bijl en pijlen mee. Rondom de grafheuvel werd een palenkrans opgericht. Dit was een teken dat de doden met rust moesten worden gelaten. In 1996 is de krans gereconstrueerd.
Grootte gebied
Ca. 1.600 hectare.
Honden
Honden zijn welkom, mits aangelijnd. Het zuidelijke en noord-oostelijke deel van het Sleenerzand zijn honden losloop-gebieden. Let op de borden!
(bron: staatsbosbeheer)